Zweefvlieg

De insectenpopulatie is binnen 30 jaar met 75 procent afgenomen (https://journals.plos.org/plosone/article?id=10.1371/journal.pone.0185809). Ik heb hun afwezigheid niet opgemerkt totdat ik deze cijfers tegenkwam. Toen herinnerde ik me de met insecten bedekte voorruiten na een zomerse autorit in mijn jeugd. Dit verschijnsel zien we niet meer, omdat er nog maar zo weinig insecten verblijven. De drastische afname is niet alleen een probleem voor insectenliefhebbers (zoals ik), want als insecten verdwijnen raakt het hele ecosysteem uit balans. Insecten zijn voedselbron voor een hele reeks soorten zoals vogels, amfibieën, reptielen, vleermuizen, spitsmuizen, egels, dassen, maar ook andere insecten. Daarnaast kunnen veel voedselgewassen en planten zich pas voortplanten of vruchten krijgen wanneer insecten stuifmeel van de ene bloem naar de andere brengen. Bestuiving is nodig voor meer dan 75% van de voedselgewassen, vooral groenten en fruit (https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/natuur-en-biodiversiteit/bescherming-bijen-en-a ndere-bestuivers). Dus ook voor onszelf is het erg belangrijk dat het goed gaat met de insecten.

Grote Libelle

Verstedelijking en het daarmee verbonden verlies van habitat is één van de redenen waarom het zo slecht gaat met de insecten. Het aanleggen van een insectvriendelijke tuin is niet oplossing en kan in het grote geheel onbeduidend lijken. Toch is het iets wat je wel kan doen om insecten een stukje habitat terug te geven. Jouw tuin kan tevens van cruciaal belang zijn, want misschien ligt hij precies tussen twee andere groene tuinen in, die net iets te ver uit elkaar liggen. De afstand die insecten kunnen afleggen is beperkt, maar met jouw tuin als stapsteen of bruggetje kunnen ze mogelijk wel alle tuinen bereiken en van het volledige voedsel-/nestel-/schuilaanbod genieten. Bovendien kan je tuin als inspiratie dienen voor je buren om ook aan de slag te gaan.

Zonnebloem met gasten

Bij het aanleggen van een insectvriendelijke tuin komen wel een aantal dingen bij kijken en als je eenmaal begint over het onderwerp te lezen, kan je hoofd gaan tollen van alle informatie. Welke planten zijn nuttig voor insecten? Hoe stop je bollen in de grond? Zijn er ook slechte insectenhotels? Welke planten doen het goed in mijn schaduwrijke/zonnige tuin of op het balkon?

Stokroos

Sinds ik twee jaar geleden ben begonnen met tuinieren heb ik best veel geleerd. En veel van de dingen, die ik eerst deed, doe ik nu anders. Je blijft altijd leren en nieuwe kennis opdoen, maar als jij nog een redelijke beginner bent met tuinieren, wil ik je graag een stappenplan aan de hand geven, zodat je mijn “fouten” niet hoeft te herhalen, en makkelijker aan de slag kan. Mijn suggesties zijn eenvoudig uit te voeren. Tuinieren hoeft namelijk echt niet moeilijk te zijn. De natuur wordt het liefst sowieso zoveel mogelijk met rust gelaten. De beloning, namelijk een levende tuin/balkon/boomspiegel met schitterende, fladderende, kruipende en zoemende aardbewoners, is absoluut de moeite waard!

Plakker rupsje (nachtvlinder)

Voor we beginnen: Vergeet niet van je tuin te genieten! Een tuin is nooit helemaal klaar. Hij blijft veranderen en zich ontwikkelen. Dus als je aan de slag gaat met je tuin vergeet dan niet af en toe je werk te onderbreken en te genieten van hoe ie op dat moment ervoor staat. En wees gerust: een levende, natuurlijke tuin vraagt juist om heel weinig inspanning. De natuur heeft vooral ruimte nodig, en de rest komt bijna vanzelf.

[*Alle foto’s – behalve de bovenste, hier zie je de bijentuin van mijn buurvrouw – nam ik in mijn eigen tuin. Ik neem geen verantwoordelijkheid voor de juistheid van de namen van planten en dieren :)]

Zonnehoed

Stap 1: Verken en creëer ruimte

Verwijder alle tegels uit je tuin waar je niet zit of loopt. Zet een aantal tegels verticaal terug om een randje te maken, zo blijven de andere tegels op hun plek. Als je alleen een balkon hebt, zet dan potten op de ongebruikte plekken en hang ze op op het hek. Heb je nog tuin nog balkon? Vind een onbeheerde boomspiegel en adopteer deze van de gemeente (https://guerrillagardeners.nl/tips/boomspiegeltuin-maken/). Zelfs vlakke (schuur-)daken kunnen worden begroeid met sedum en op die manier teruggegeven aan de natuur. Dit gaat niet alleen de opwarming in de zomer tegen, maar biedt ook meer ruimte en voedsel voor insecten.

Libelle

Stap 2: Kies tuinaarde zonder turf

In de meeste tuinaarde die je in tuincentra kan kopen zit turf. Veel insecten en andere dieren leven in veengebieden en hun habitat wordt door turfwinning grootschalig en permanent vernietigd. Bovendien komen bij het droogleggen van de veengronden grote hoeveelheden CO2 vrij die in de veengronden zijn opgeslagen. Ook dat willen we natuurlijk niet. Voor informatie waar je turfvrije tuinaarde en potgrond vindt, kijk hier https://turfvrij.nl/peat-free-gardening/. Als het niet op de verpakking staat dat er geen turf in zit, dan zit er turf in. Heb je tegels uit je tuin verwijderd? Haal dan ongeveer 20-30 cm van het zand weg en vul het gat op met turfvrije tuinaarde. Je kan ook tuinaarde met wat zand vermengen (2:1), dan creëer je een wat drogere grond waar vooral planten baat bij hebben, die het in de steeds hetere zomers goed doen en maar weinig water nodig hebben. Op het balkon kun je een verhouding van tuinaarde/zand/hydrokorrels van 1:1:1 aanhouden en dan vooral droogteminnende planten erin zetten. Dan hoef je maar weinig water te geven.

Grote Teunisbloem

Stap 3: De juiste planten kiezen

i) Zon, schaduw of halfschaduw?

Je spreekt van een zonnige plek als deze minimaal 5 uur per dag in de volle zon staat. Een halfschaduw plek krijgt maximaal 4 uur en een schaduw plek krijgt maximaal twee uur volle zon per dag. Een zonminnende plant doet het het beste op een zonnige plek, maar zal het ook op een halfschaduw plek doen, alleen misschien niet net zo uitbundig bloeien. Observeer je tuin/balkon/boomspiegel en kijk welke lichtomstandigheden van toepassing zijn en of er bomen of muren de zon weerhouden en de plek schaduwrijk maken ook al ligt hij op het zuiden. Kies afhankelijk daarvan de planten (maar wees niet te strikt, het blijft gewoon proberen).

Allium sphaerocephalon

ii) Biologische planten.

Kies bloemen, bollen en zaden die
biologisch gekweekt zijn, want in de meeste planten uit het tuincentrum zitten pesticiden, die giftig zijn voor insecten (ook op “bijvriendelijke” planten). Sommige tuincentra verkopen planten zonder pesticiden, maar daar moet je wel heel goed kijken. Op internet kun je biologische kwekerijen vinden, waarvan sommige ook planten en bloembollen of zaden versturen, en anders moet je er naartoe rijden. Stekken en zaden uit niet-giftige tuinen kun je ook krijgen van vrienden/kennissen, via plantenbiebs of via groepen op internet.

Hommel op Beemdkroon

iii) Inheemse planten

Hoewel een vlinder van een (exotische) vinderstruik zal drinken, zijn veel rupsen (en andere insecten) afhankelijk van inheems “onkruid” om te eten en zich voor te planten, en zonder dat onkruid geen vlinder. Ook zijn veel bewerkte planten volstrekt nutteloos voor insecten, omdat ze bijvoorbeeld steriel zijn (onder andere hortensia´s, want ze produceren geen pollen of nectar), of omdat de insecten niet bij de nectar komen (gevulde dahlia´s). Ze zijn misschien populair bij mensen, maar voor insecten zijn ze eigenlijk gewoon een verspilling van de sowieso schaarse ruimte. (Geen advertentie, gewoon een voorbeeld van een webshop voor inheemse planten en zaden: https://www.cruydthoeck.nl/)

Korenbloem

iv) Het hele jaar rond
Daarnaast is het belangrijk dat insecten vanaf het vroege voorjaar tot het late najaar voedsel (nectar maar ook stuifmeel voor hun broed) kunnen vinden. Zet daarom bollen van vroeg bloeiende bloemen (zoals krokussen, blauwe druifjes, wilde tulpen) in het najaar voor de eerste vorst (oktober, november) ongeveer 2-3 keer zo diep als ze groot zijn tussen de vaste planten in de grond, met het puntje naar boven. Vaste planten voorzien de insecten dan in de zomer en herfst met voedsel. En zelfs in de herfst bloeien phacelia (zaaien in juni/juli), asters of goudsbloemen en nog veel meer. Het is daarom belangrijk om planten zo te kiezen dat ze vanaf het vroege voorjaar tot het late najaar voedsel leveren aan de insecten, zodat deze in het voor- of najaar niet verhongeren en te kans krijgen om zich succesvol voort te planten.

(https://www.kwekerijvanhoutum.nl/inspiratie/ bekijk hier het e-book “bijen, hommels en andere insecten”, inclusieve een handige lijst van insectvriendelijke planten verdeelt per seizoen.)

Intermezzo: Enkele van mijn favoriete planten waar ook insecten van houden

Blauwtje op boekweit


Slangenkruid (Echium vulgare), Cichorei (Cichorium intybus), Boekweit, Kogellook (Allium sphaerocephalon), Beemdkroon (Knautia arvensis), Kattenkruid (Nepeta), Zonnebloem, Teunisbloem (Oenothera glazioviana), Rode valeriaan (Centranthus ruber), Stokroos (Alcea rosea), Gewone brunel (Prunella vulgaris), Bossalie (Salvia nemorosa) en Passiebloem (Passiflora).

Lieveheersbestje aka luizenverdelger

Stap 4: Geen gif. Natuurlijk tegen plagen

Wat niet gegeten wordt, maakt geen deel uit van de kringloop van de natuur en is dus nutteloos. Een “bladluizenplaag” wordt snel onder controle gebracht door lieveheersbeestjes en sluipwespen, zonder dat je aan gif moet beginnen. Je moet wel even geduld hebben. Als je geen gif gebruikt geef je de plant bovendien een kans om sterker te worden en zelf van de plaag af te komen. Veel variatie in de tuin helpt ook om een echte plaag te voorkomen, want dan kan een soort dier zich niet ongeremd voortplanten maar blijft alles in balans. En als je slakken wilt weren, kun je proberen egels naar te tuin te lokken. Als je tuin is omgeven door een (houten) schutting, zaag er dan gaten van 13x13cm breed en hoog in. Wie weet, misschien vinden je buren het ook een goed idee en kan er een egelsnelweg door de buurt gerealiseerd worden zodat de slakken gewoon opgegeten kunnen worden. Zo help je ook nog eens de egel. Win-win! Zijn er toch nog veel slakken te vinden, dan kun je ze na een regenbui of in de avond met de hand rapen en ze ergens anders neer zetten waar ze geen kwaad kunnen.

Gif doodt niet alleen de dieren die je niet fijn vindt (en zoals gezegd vervullen die ook een belangrijke functie in de kringloop van de natuur), maar ook vele andere dieren (egels, katten) en het vervuilt bovendien het grondwater. (https://www.vlinderstichting.nl/actueel/nieuws/nieuwsbericht/gebruik-geen-gif-in-je-tuin)

Goed bezocht insectenhotel

Stap 5: Wonen. Nesten, hotels en huisjes

Er zijn een aantal solitaire bijen (bijvoorbeeld de metselbij) en andere insecten die graag gebruik maken van insectenhotels. De locatie van deze hotels moet altijd op het zuiden liggen en indien mogelijk de hele dag zon krijgen. Zorg ervoor dat de ingangen van het insectenhotel schoon en glad zijn en dat ze de vleugels van de insecten niet scheuren (helaas voldoen veel insectenhotels die je in bouwmarkten en tuincentra kan kopen niet aan deze eisen). Ook mag er geen (giftige) lijm uit het hotel lekken (allemaal al gezien). Ideaal zou zijn als de hotels ook worden beschermd tegen de regen, bijvoorbeeld door een extra balk die als dak dient en de regen tegenhoudt. Dan gaat het hout van de hotels langer mee en gaan ze niet rotten.

Jonge hommel

Maar veel insecten nestelen helemaal niet in een insectenhotel. De meeste soorten solitaire bijen bijvoorbeeld nestelen in (zand)grond. Nesten van insecten vind je ook in oude muizenholen, onder graspollen, of in verrot hout of in oude kevergangen. En natuurlijk in stengels van uitgebloeide planten, laat deze dus gerust over de winter staan en knip ze pas laat in het voorjaar. Haal een tegel weg en laat de zand gewoon liggen. Veel insecten zullen van de open grond iets weten te maken.

Vogelhuisjes moeten uit de wind en niet in de volle zon worden opgehangen. Ze mogen ook niet te dicht bij vogelvoeders of vogelbaden worden opgehangen. De minimumafstand tussen hen (voeding en huisje) moet ongeveer zes tot zeven meter bedragen. Er zijn verschillende soorten en maten invlieggaten – omdat elke vogelsoort zijn voorkeuren heeft. Voor een roodborstje moet het gat groot zijn, maar voor een pimpelmeesje juist klein. Afhankelijk van welke soort je in je tuin wilt hebben, moet je goed kijken welk huisje je ophangt. Vanzelfsprekend moet je gedurende de broedtijd het huisje en mogelijke bewoners met rust laten.

Intermezzo: Handige apps

Eendagsvlieg

Er zijn apps die je helpen bij het identificeren van insecten en planten in de natuur. Ik gebruik ObsIdentify. Het is handig als je niet weet of je te maken hebt met een woekerende plant die je misschien beter uit de tuin kan verwijderen of met een plant die je misschien ooit zelf hebt gezaaid. Het helpt je ook om te zien hoeveel verschillende soorten insecten er in de tuin zijn. Als je een app hebt die je de naam van het insect vertelt, kijk je op een heel andere manier naar de kleine kruipende en vliegende diertjes en zie je ineens veel meer dan voorheen, toen je alle kruipende beestjes op een hoop gooide.

Een pad

Stap 6) Water

In de zomer, maar ook in de winter kan schoon water schaars zijn. Dan is een schaaltje tussen de planten met vers (en niet bevroren) water ideaal. In een vogelbad kun je ook een aantal stenen leggen zodat ook bijen, want ze drinken ook veel water, er veilig bij kunnen. Maar je kan ook groter denken: Een mini-vijver, bijvoorbeeld in een oude teil, met wat plantjes erin, zal heel veel diertjes, onder andere slakken etende kikkers, aantrekken. Water mag in een diervriendelijke tuin niet ontbreken.

Vogelvoederhuisje voor op het raam

Stap 7) Voedsel

Het wordt aangeraden vogels het hele jaar door te voeden. Het is echter belangrijk dat het voedsel niet in netten wordt aangeboden (ook al kun je ze overal in netten kopen) omdat de pootjes van de kleine vogels erin verstrikt en gewond kunnen raken. Er zijn verschillende houders voor vetbollen of potten verkrijgbaar, en ook voerbakken en schalen zijn geschikt.

Muntvlindertje

Stap 8: Doe ’s nachts alle lichten uit.

Nachtelijk licht is schadelijk en storend voor nachtactieve insecten en dieren. Als je geeft om het welzijn van tuindieren overdag, moet je ze ’s nachts ook laten slapen en nachtactieve dieren niet misleiden met kunstmatige lichtbronnen. Waar licht nodig is, gebruik dan naar beneden gericht geel licht en bewegingsmelders.

Intermezzo: Guerilla Gardening

Kijk een naar de pootjes!

Op een gegeven moment wordt echter elke tuin te klein en begin je te gluren naar de grijze en braakliggende hoekjes waar geweldige planten zouden kunnen groeien. Zaadballen kunnen worden gekocht of gemaakt en hier en daar worden gedropt. Meer gedetailleerde instructies en de do’s en don’ts zijn te vinden op internet of in boeken over dit onderwerp. Je kunt ook boomspiegels adopteren en ze insectvriendelijk beplanten. Insectenliefde hoeft zich niet te beperken tot de grenzen van de eigen tuin 😉

(https://guerrillagardeners.nl/ onder andere bloembommen en boomspiegeltuinen)

Regenworm

Stap 9: Niet spitten, wel natuurlijk bemesten

De aarde leeft en bevat een grote verscheidenheid aan bacteriën, eencellige, algen, straalzwammen, mijten, insecten en wormen. Zij leven in hun respectieve voorkeurs- of noodzakelijke bodemdiepte. Graven vernietigt hun habitat, waardoor ze vaak sterven. De bodem herstelt zich, maar deze “verstoring” is volkomen onnodig en bovendien schadelijk. Gezonde, levende grond hoeft normaal gesproken niet te worden omgespit. De planten en dieren erin zorgen voor een perfect evenwicht dat niet verstoord moet worden.

In de herfst moet je de bladeren niet weggooien, maar je planten ermee bedekken. Enerzijds om ze te beschermen tegen vorst. Anderzijds dienen de bladeren als meststof, omdat de bladeren in de loop van de winter afbreken en zo de planten van voedingsstoffen voorzien. Je kan de planten ook mulchen met cacaodoppen als je niet genoeg blad bij elkaar krijgt maar bladeren uit de omgeving zijn beter, omdat ze niet eerst van ver weg hiernaartoe getransporteerd hoeven te worden. Je kan afgeknipte plantendelen ook gewoon achterin in de tuin laten liggen. Het doel is om alle voedingsstoffen in de tuin in een cyclus te houden, want dan hoef je ze niet steeds van buitenaf toe te voegen. Als je geen ruimte voor een compost hebt kun je met een wormenhotel je eigen bemesting maken. Er zijn kleine wormenhotels verkrijgbaar die niet stinken en in de keuken kunnen staan, maar je kan ook een groot wormenhotel voor de hele buurt overwegen. Vaak zijn er subsidies beschikbaar.

Vlinder op oude zonnebloem

Stap 10) Rommelhoekje

Alles wat je afknipt en weghaalt kun je het beste op een plek, je rommelhoekje, gooien. Met de overgebleven bladeren in de herfst kan een egel zijn nest bouwen om te overwinteren. Deze hoek mag dan niet toegankelijk zijn voor kinderen of andere dieren (bv. honden). Dood hout is bovendien erg geliefd bij kevers en kan dus ook in het rommelhoekje blijven liggen. En de takjes en stengels die je in het voorjaar weghaalt kunnen ook hier terecht, dan kunnen de laatste insecten er nog rustig uit kruipen en een nieuwe schuilplaats zoeken.

Bijenkorf met wilde bij

Een laatste tip:

Kom je er niet uit? Vraag het gewoon! Ik denk dat iedereen die met (natuurlijk) tuinieren bezig is je heel graag verder zal helpen. Ik zelf heb een buurvrouw die mij goed vooruit heeft geholpen en nog steeds helpt. Zo blijven wij van elkaar leren en geven de kennis door aan anderen. Op internet vind je vast lokale groepen waar je je kan aansluiten of zijn er “klimaatmaten” via duurzaamheidscentra te vinden om je met advies en zelfs praktische hulp bij de realisatie van jouw groene droom te helpen.

Veel succes en heel veel plezier met je eigen levende tuin/balkon/boomspiegel!

Groetjes,

RE